donderdag 10 juli 2008

De Leeuw

11 april 2004. Een stoffige dag in de contreien van Rijsel. In de bocht op de kasseistrook van Gruson, net na Carrefour de l'Arbre, komen uit een bos van overwegend gele vlaggen, getooid met een zwarte leeuw, motoren al toeterend aangesneld. Ze beuken in op de menigte, als stieren op een rode vod, het zicht volledig onttrokken aan de bestofte keien onder de wielen; alleen vertrouwend op hun parcourskennis, en op de reactiesnelheid van de mensen die zich als bezetenen op hun pad werpen. Nog sneller dan de Rode Zee zich achter Mozes sloot, is na de doortocht van de motoren geen kassei meer onbenut. Slechts het gejoel en gekrijs van de massa verraadt de aantocht van de renners. De spanning stijgt naar een hoogtepunt naarmate de geluidsgolven dichterbij komen.
Een kopgroep van vijf met onder meer de vleesgeworden Vlaamse Leeuw - die hier zijn laatste eendagsklassieker afwerkt -, wurmt zich door de massa, rakelings langs de uitzinnige lijven, een paar zweetdruppels achterlatend op elke vlag waarin ze zich vol overgave storten, blindelings richting de eeuwige roem op de Vélodrome in Roubaix. Slechts een handvol seconden later vliegen een paar achtervolgers over de stenen, en iets verder slaat voor één van hen het noodlot toe. Een Leeuw komt terecht in de slipstream van de voorbijsnellende renners en raakt verstrikt in het achterwiel van Leif Hoste. Weg kans op terugkeer, weg droom, weg eeuwige roem.
Vlaggen horen aan een stok, ver boven de grond, buiten het bereik van de tandwielen van opgepompte renners die zich bij een veel te hoge hartslag zo snel mogelijk van de ene kasseisteen naar de andere katapulteren. Zelfs wanneer een lid van de koninklijke familie zijn laatste adem uitblaast mag de Leeuw geen obstakel vormen voor de heroïsche daden van sportend Vlaanderen - wespen, geestesziekten en jeugdzonden kunnen vandaag die rol makkelijk alleen aan.
Hier in Canada staat in de vlag-etiquette beschreven hoe de Maple Leaf mag worden getoond. Een beetje onder de indruk van een dergelijke minutieuze handleiding ging ik op zoek naar gelijkaardige informatie over de Vlaamse Leeuw. En ja hoor, op de website van de regionale overheid staat letterlijk te lezen:
Ook moet erop worden toegezien dat de vlaggen niet rond de vlaggenmast gedraaid raken.
In een wielergekke gemeenschap als de onze kan je je afvragen of het niet verstandig is deze regel uit te breiden en expliciet te vermelden dat de etalering in combinatie met het achterwiel van een in competitie zijnde renner op zijn minst af te raden is.
Mijn zoektocht leverde mij de kennis op van de kwaliteitszorg die aan het heisen van de vlag moet worden besteed. Dus nu kan ik onze regionale trots alle eer aan doen bij de herdenking van de Guldensporenslag morgen. Aanvankelijk dacht ik dat de vlaggenverkopers de extra inkomsten tijdens de europese voetbalkampioenschappen of de lokale nationale feestdagen nog even wilden rekken, maar hun blijvende aanwezigheid in het straatbeeld en de beschikbaarheid van afrikaanse, amerikaanse en aziatische kleuren kelderen deze vermoedens. Schijnbaar is Noord-Amerika vlaggengek, en hoe erg ze het hier ook vinden in dezelfde zin genoemd te worden met de Verenigde Staten, geografisch zijn Canadezen even Noord-Amerikaans dan Bush. Vlaggen van landen waarvan ik de naam niet kan uitspreken of het bestaan niet ken kan je in deze kramen vinden, maar zelfs na de tijd te nemen om alle stofjes te doorzoeken heeft nog geen Vlaamse Leeuw naar mij geklauwd. Misschien is hij uitverkocht. Misschien heb ik er te laat aan gedacht en worden morgen de frietkoten opgesteld, de pinten beter getapt en de straten geel-zwart gekleurd... Misschien ook niet. Maar morgen duik ik te voet de stad in, op zoek naar feestende soortgenoten. Ik laat mijn fietsje thuis, want zelfs bij de geringste kans op de aanwezigheid van Vlaanderen Vlagt, weet je maar nooit.

Geen opmerkingen: