In de gemiddelde Delhaize of Colruyt in België leidt de indringende kaasgeur je al snel naar de wit-geel-oranje-blauwe-groene muur waar je gerust ingrediënten kan vinden voor een paar kaasavonden, zelfs met verschillende thema's. De verscheidenheid aan kleuren en geuren valt ons eigenlijk niet meer op. Akkoord, sommige stinken meer dan andere, en er zijn er zelfs een aantal die je door de geur nauwelijks door je keel gepropt krijgt - de olifantenkaas op een wijndegustatie in Tirol knijpt spontaan mijn slokdarm dicht.
In tegenstelling tot in België kan je hier makkelijk een stukje van elk op je bord krijgen. Er is namelijk witte kaas... en oranje kaas, althans zo noemen ze het - al ben ik er van overtuigd dat je na een tijdje ook wel blauwe kaas in je koelkast kan vinden. Er is wel wat meer variatie dan dat, maar het is een vrij goede samenvatting van wat er te verkrijgen is. Kaastafel is dan ook niet de Canadese nationale schotel. Ik vraag me trouwens af of die überhaupt bestaat, waarschijnlijk iets met esdoornsiroop. Abraham zal de kaas hier dus niet in het grootwarenhuis vinden, of waarvoor anders dacht je dat hij die mosterd nodig had, misschien?
Het heeft echter geen zin om daar heel lang bij stil te blijven staan. Als de kaas niet is waar je hem verwacht, dan zal je hem elders moeten zoeken. Je kan dus best niet bij de pakken blijven zitten, en zoals Sniff en Scurry gewoon verder zoeken.
Een woonst in Toronto was niet waar ik dacht dat het was, maar kijk, hier zit ik, vanuit mijn luie zetel een verslagje te schrijven voor mezelf en het thuisfront. In de sofa die ik gisteren koos, als mecanodoos thuisgeleverd kreeg en tot volwaardige slaapbank omgetoverd heb. Een ander pakket moet wegens defect terug naar één van de plaatselijke Ik Kan Evengoed Alles-zelfinmekaarsteken winkels, maar ook dat komt wel in orde. Mijn bed is hier nog niet, maar deze nacht heb ik de slaapbank uitgetest, en goedgekeurd. Eindelijk mijn eigen plekje hier, eindelijk bijna volledig geïnstalleerd. Of zoals Martine Luther King het zou zeggen: "Free at last, free at last, god almighty we're free at last!"
Vandaag staan er nog wat inkopen op het programma, eten kopen, ook al is er een 24x7 restaurant net om de hoek, met daarnaast een vanalles-winkel met identieke openingsuren. Net zoals bij ons zijn dollarmunten een pak meer waard als je ze spendeert in een gewoon simpel grootwarenhuis. Dus snel even mijn rugzak klaarzetten, mijn fietsje uitplooien en hop!
Maar eerst nog dit berichtje publiceren. Gelukkig kan ik soms het internet op dank zij peaches, een onbekende vriend in de omgeving die graag zijn draadloze verbinding deelt met de buren. Heel af en toe bevind ik mij in de perimeter die peaches bedient, en heb ik net voldoende signaal om een paar websites open te gooien. Dit berichtje online zetten zou dus moeten lukken. Vanaf dinsdag is ook dat probleem van de baan, want dan heb ik mijn eigen mini-netwerkje, inclusief een dikke lijn naar België toe. Op de verjaardag van Canada zullen alle buren kunnen zien dat er plots een nieuwe naam tussen de beschikbare netwerken verschijnt, onbereikbaar voor hen wel-is-waar. Een netwerk-naam moet iets typerend zijn, vind ik. Bluespot was een mogelijkheid, Vlaanderen ook, maar uiteindelijk is het Scurry geworden. Scurry heeft een nieuwe brok kaas gevonden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten