zondag 14 september 2008

Zwemmerdezwem

Ik ben geboren met een afwijking aan mijn linkeroor, en dan heb ik het niet over de uiterlijke onregelmatigheid die ook nu nog aanwezig is - en ik zal het ook niet hebben over alle andere externe of interne gebreken die ondertussen al dan niet operatief zijn weggewerkt. Als kind kon ik nooit deelnemen aan de zwemlessen omdat het water een vrijgeleide zou krijgen om langs mijn misvormd trommelvlies binnen te lopen en mijn binnenoor ernstige schade toe te brengen. In ruil mocht ik telkens langs de kant van het zwembad een opstel schrijven, samen met hen die met opzet hun zwemkledij waren vergeten. De quotering van mijn schrijfsels werd gebruikt om de lege plaats op mijn rapport op te vullen. De herinnering alleen bij zoveel onrecht doet alle haren op mijn rechtschapen lijf uit protest rechtop staan, woorden komen harder uit mijn mond en mijn hart gaat vanzelf sneller kloppen. Een school, instituut van opvoeding, voorbeeld van educatief handelen, straft een kind omwille van een aangeboren afwijking. Hoe anders kon ik dit interpreteren dan als een onrechtvaardige behandeling van een in opvoeding ongeletterde leraar die jammer genoeg een plaats op mijn lessenrooster had veroverd. En dat terwijl ik niets liever had gedaan dan in het zwembad duiken, samen met de rest van mijn schoolmakkers.
Wanneer ik op gevorderde leeftijd, en na een neus- en ooroperatie, uiteindelijk zonder negatieve gevolgen het water kon inspringen, schreef ik mij in voor een cursus zwemmen voor volwassenen in het Olympos zwembad in Dendermonde. Ik was de jongste van het gezelschap en, zo bleek later, de enige die zonder vrees het hoofd onder kon houden. Bijgevolg had ik ook het snelst de schoolslag onder de knie, mede door de vele uren oefening en persoonlijke begeleiding van Anja, mijn toenmalige vriendin. Na amper zes lessen kende ik de nodige truken en kon ik, weliswaar met enige moeite, de andere kant van het bad bereiken zonder naar de bodem te zakken.
Vandaag, 10 jaar later, is de schoolslag nog steeds de enige slag die ik min of meer ken. En ik ben eerlijk gezegd al blij dat ik één manier beheers die mij behoorlijk boven water houdt. Maar wanneer ik in april met Allison bij 45 graden Celcius afkoeling zocht in een zwembad in de schaduw van de Taj Mahal, probeerde die me voor het eerst vrije slag aan te leren, zonder al te veel succes. De complexiteit van de arm- en beenbewegingen leek voer voor gevorderden, het gecoördineerd samenspel van beiden al helemaal onbereikbaar. Hoezeer ik ook de benen in het water sloeg, mijn lichaam bleef maar naar beneden zakken. Ik was er rotsvast van overtuigd dat dit de volgende afwijking was waarop ik na zovele jaren stootte, die, tenzij ik een operationele correctie toeliet, mij verhinderde om boven water te blijven. De hoeveelheid zuurstof die ik in mijn longen kon pompen was de enige factor die invloed had op hoe lang ik mijn watergespartel kon volhouden. En de beweging die ik realiseerde was hoofdzakelijk langs de negatieve zijde van de Y-as.
Het buitenzwembad bij Allison thuis - waar ik de eerste weken van mijn verblijf hier in Canada logeerde - en het schitterende zomerweer deden mij de draad terug opnemen. En ook waar ik nu woon, maakt de aanwezigheid van een binnenzwembad de stap naar een korte zwembeurt een pak kleiner. Momenteel zijn er geen twee dagen op rij dat ik niet mijn zwembroek aantrek en de lift naar -2 neem. En telkens ik de kuip alleen bezoek - schaamte is mij niet vreemd - durf ik het aan om mijn vrije slag te oefenen, vastberaden om tegen ten laatste het einde van oktober een volledige lengte te kunnen overspartelen. Oefeningen voor de beenbeweging worden afgewisseld met oefeningen voor de armslag, en tussendoor zwem ik een aantal lengtes in mijn favoriete stijl om de spieren te verstevigen - en mezelf te belonen met de bevestiging dat ik eigenlijk wel kan zwemmen.
Zondag namiddag, ik ben helemaal alleen in het zwembad. Ik werp mij in het kille water om mijn spieren warm te maken met een paar lengtes. Nu het hoofd onder en handen vooruit, om enkel op beengespartel een breedte van het zwembad vol te maken. Het gaat vlotter dan gisteren, sneller dan ooit tevoren, mijn benen lijken verlost van hun aangeboren afwijking en brengen mij als bij wonder naar de andere kant. Het bad wordt stiller en de spanning stijgt. Ik zwem in schoolslag rustig naar het diepe gedeelte, mijn adem controlerend en mijn spieren de nodige ontspanning gunnend.
Is dit het moment? Het moment van glorie waarbij ik de overwinning claim op de zwaartekracht en ik als een pijl door het water schiet over de volledige lengte van het bassin? Met mijn rug tegen de kille stenen grijp ik de rand van het zwembad achter mij. Ik haal nog een paar keer diep adem en duw mij af. Zo ver als ik mogelijk reiken kan duikt mijn linkerhand in het water, als een roeispaan trekt ze mij vooruit, het hoofd rechts zoveel mogelijk zuurstof slikkend. Ik probeer het hoofd erbij te houden, de benen ook. Nu gaat rechts het water in, een wazige blik naar de stenen op de bodem. Telkens ik naar adem hap zie ik de voegen tussen de steentjes aan mij voorbij gaan. Een moment dringt het tot mij door: "Ik zwem!"
Molenwiekend ploeg ik mij door het water op zoek naar de andere kant, ik kom stilaan in het ondiepe gedeelte. Het wordt zwaar. Het aantal voegen dat ik aan de rechterkant achter mij laat wordt bij elke blik kleiner, de verleiding om voet aan grond te zetten groter. Slechts een paar meter scheiden mij nog van de triomf, achttien volle meters heb ik overwonnen. Ik zet door, ik beeld mij het gejuich in dat mij naar voor stuwt, momenteel onhoorbaar door de massa water in mijn oren en de inspanning die mij tot hier heeft gebracht. Nog even doorgaan en ik ben er, nog één slag, nog één trap... Het besef dringt stilaan mijn hersenen binnen. De vingers van mijn uitgestrekte rechterhand raken de kille stenen van de zwembadrand... ik ben er, ik heb het gehaald! Nog nahijgend van mijn sportieve prestatie bundel ik alle resterende krachten in het uitstrekken van mijn rechtervuist. "Yeaaaaaahhhhhh!!!"

2 opmerkingen:

Unknown zei

Proficiat!

Rudy Schockaert zei

Prachtig. Zo zie je maar, waar een wil is is een weg. Er zijn er inderdaad niet zoveel die op latere leeftijd nog die stap zetten.